Score
0%
In deze oefening van de werkwoordspelling ga je steeds het voltooid deelwoord invullen. Als deze opdracht nog te moeilijk is, kun je eerst andere oefeningen maken zoals voltooid deelwoord herkennen.
1: Ik wilde dat ik ook zo’n prachtig boek had (schrijven).
2: Jeetje, wat is hij ontzettend oud (worden)!
3: Ik heb altijd al met veel plezier in Eindhoven (wonen).
4: De hond heeft na zijn operatie nog maar enkele uren (leven).
5: Brenna had de film Boy 7 thuis (kijken).
6: Tim is vanmorgen het hele eind naar school (fietsen).
7: De jongen had drie kwartier tevergeefs aan de deur (rammelen).
8: Marjan had het huis weer helemaal (stofzuigen).
9: Jeremy had al zijn huiswerk (maken).
10: Bij de herkansing had Laila haar cijfer zelfs (verdubbelen).